Maandelijks archief: juni 2016

Slinger

rob rondOf een Europees land al dan niet lid is van de EU, merk je daar in je persoonlijke leven iets van?

Ik wel.

Op een dag in 1968 sloeg ik De Gelderlander open op een pagina met een foto van een sympathiek ogende jongeman. ‘Nieuwe sologitarist uit Zwitserland voor The Counts’, stond er. De Nijmeegse band was weer compleet.

Een paar maanden later trad ik zelf als sologitarist toe tot The Counts.
„Waar is de Zwitser gebleven?”, vroeg ik.

Tja, diezelfde Gelderlander was ook op de bureaus van de vreemdelingenpolitie beland. De jonge Zwitser werd bij de kraag gevat en kreeg met gitaar en al een enkeltje vaderland. Waarom? Omdat zijn land geen lid was van de EEG, zoals de EU toen heette. Dankzij onze wakkere overheid bleven The Counts van vreemde smetten vrij. En profiteerde ik.

Een paar jaar later kwam onze Haagse band Cobra, bekend van radio en tv dankzij een paar hitjes, in het vizier van de vreemdelingenpolitie. Die wilde zanger Winston Gawke het land uit hebben. Waarom? Hij kwam uit Londen en zijn land was geen lid van de EEG.

Die jongen gaan ze heus niet uitzetten, dacht ik, want dan klapt onze groep en dan verliezen de Nederlandse bandleden hun inkomen. Hoe naïef kun je zijn? Gelukkig trad het Verenigd Koninkrijk op 1 januari 1973 toe tot de Europese club. Winston mocht blijven. Saved by the bell.

Dat is de vooruitgang, dacht ik tevreden. Alle Menschen werden Brüder.

Vooruitgangsgeloof, het speelt me nog dagelijks parten – de gedachte dat we ons strompelend en struikelend naar een betere toekomst begeven.

Elke ochtend rond vijf uur stormt bij een groot landhuis in mijn dorp een golden retriever af op de krantenbezorger, die hij vanachter een hek begroet met een valse blik, vuil grommend tussen ontblote tanden door,  af en toe sneu keffend als een teckel. Dat doet dat beest zeker al zo’n vijf jaar. Het schepsel is na 1.500 keer dezelfde ervaring – in de ochtend komt steeds op dezelfde tijd een menspersoon langs die vervolgens rustig iets aflevert en dan steevast weer vertrekt – niet in staat om de gebeurtenis te herkennen en in te zien dat alarm overbodig is. Dat het baasje de gebeurtenis zelf besteld heeft, is voor de hond niet gemakkelijker te begrijpen dan E=MC2.

1.500 keer hetzelfde meemaken en dan nog niet snappen wat er aan de hand is – is dat dom of niet?

Zo vliegen vogels onder de voorwielen van je auto, blijft de rups doorlopen naar je schoen terwijl je stampvoetend hebt gewaarschuwd en probeert een haas door voorlangs te glippen aan de aanstormende trein te ontkomen. Een mensaap is niet in staat een soortgenoot kenbaar te maken achter welk kastdeurtje een banaan ligt.

Dan snap je hoe slim mensen zijn. En dat hebben we te danken aan die ene kwaliteit die ons van de rest der schepselen onderscheidt: de rede.

Dankzij de rede kennen we logica, we zien verbanden tussen gebeurtenissen, oorzaken, zelfs oorzaken achter oorzaken. We knutselen dat het een lieve lust is, zetten de wereld naar onze hand, we vliegen naar de maan. Not even the sky is the limit.

Dat doen we samen. Want zo slim zijn we dan ook weer niet, dat we dat in ons eentje zouden kunnen. Samen staan we sterker.

De rede, de ratio, heeft ons vooruitgang gebracht. Van ons verstand moeten we het hebben. De emotie is er voor andere zaken. Vermenging leidt tot ellende. Waar de emotie de overhand krijgt, raakt de rede verduisterd.

In een democratie stop je verduistering door besluiten aan de rede toe te vertrouwen, aan mensen met een langetermijnvisie die deskundigheid inhuren. Dat gaat niet altijd goed, maar het is het beste wat we hebben.

Leken zien en voelen vooral de nadelen op de korte termijn. Wantrouwen in de politiek is het gevolg. En wantrouwen in deskundigen. In de media, wanneer die weigeren het wantrouwen in gelijke mate te delen.

Het laatste wat de politiek dan moet doen, is het woord aan de leken geven. Dat woord heet referendum. En het gevolg is achteruitgang.

De golden retriever heeft geblaft: Brexit! Het woord was aan de leken. Vooruitgang is slechts een slingerbeweging en de slinger gaat nu de andere kant op. Merde! Scheiße! Shit!

________________________________

Reageren kan hier.

Uitzwaaien

maaike_rondEigenlijk heb ik ook wel weer te doen met die 52 procent weglopende Brexiters.
Kiezers te stom vinden om te kiezen, dat heb ik altijd een beetje denigrerend gevonden.
Maar wel realistisch: als ik mijn eigen gebrek aan deskundigheid onder ogen durf te zien, en dat doe ik, kan ik gebrek aan competentie niet ontkennen.

Daarom denk ik, eerlijk gezegd, dat er heel wat mensen onder deze 52 procent weglopers zijn die, laat ik maar zeggen, enige ondersteuning nodig hebben om überhaupt het gat van de deur te vinden die ze nu zo hard willen dichtslaan.

Ze komen van een koude kermis thuis. Hun sociaal-economische problemen blijken straks gewoon te komen door het incompetente en/of asociale beleid van hun achtereenvolgende regeringen. Niks Brussel.

Op liefdevolle aandacht van hun leiders hoeven ze niet te rekenen, denk ik.

Boris Johnson bijvoorbeeld, Lord of the Lomperikken, lijkt mij nou niet het verantwoordelijke type dat goed op zijn schaapjes let, ook al hebben ze hem meemekkerend aan een meerderheid geholpen.

En UKIP’er Farage heeft toch wel een dingetje met zijn bewegingsapparaat: om dit achteromkijkend een geweldloze operatie te noemen moet je, als je het dode lichaam van parlementslid Jo Cox over het hoofd ziet, wel een héél stijve nek hebben.

Voor een besmetting naar Nederland, een Nexitreferendum, ben ik niet bang. Want ik heb een oplossing: de vóórstemmers, of ze nou in de meerderheid zijn of niet, krijgen sowieso hun zin – zij mogen, op kosten van de Nederlandse staat, uit de EU vertrekken.

Naar een stombewoond eiland. Aan de overkant van het Kanaal.

Ik verheug me erop ze uit te zwaaien.

______________________________

Reageren kan hieronder of op Facebook.

 

Tint en tuig

rob rondDe tintarme Nederlander die in de jaren zestig in navolging van de Beatles zijn haar liet groeien, weet wat discriminatie is. Zeventien was ik toen een groepje jongelui uit Nijmegen voor de nachtdienst naar Brabant toog. Het uitzendbureau had een bus geregeld. Op de conservenfabriek verdeelde een chef op leeftijd het werk. Mij sloeg hij over zonder een woord te zeggen. Met langharig tuig praat je niet.

Daar stond ik dan, vroeg in de avond, in de Brabantse rimboe, blut en zonder vervoer. Vanwege mijn manen was ik ook al van het gymnasium gegooid. Hortend en stotend lifte ik tot Schaijk. Daar strandde ik. De duim van een nozem deed ’s avonds geen wonderen. Met nog 28 kilometer voor de boeg tot Nijmegen belde ik vanuit de hut van een inboorling  een kennis, die zo vriendelijk was mij om twaalf uur ’s nachts met zijn VW-busje op te komen pikken. Die fabriekschef moet inmiddels dood zijn.

Dan boft rapper Typhoon toch maar. Hij hoefde alleen maar eventjes te stoppen. En de agent was nog vriendelijk ook.

De lelieblanke sessiedrummer Ton Dijkman trok volgens de overlevering als langharig bestuurder van een Oldsmobile ook politieaandacht. Hij moest naar de kant van de weg.
Agent: „Is deze auto van ons?”
Dijkman: „Volgens mij niet, maar als het wel zo is, krijg ik nog een halve ton van je.”

Talloze malen ben ik ’s nachts, na een gig in het zoveelste Heerejezusveen, naar de kant van de weg gedirigeerd.
„Goede avond, meneer. Heeft u gedronken?”
„Dag agent. Eerst wil ik graag weten in hoeverre  mijn antwoord op uw vraag de verdere gang van zaken beïnvloedt.”
Mijn tegenvraag was een parel voor de zwijnen. En het maakte niet uit, want wat je ook antwoordde, blazen moest je toch.

Schiphol is ook zo’n leuke plek. Op een avond kwam ik er met medemuzikant Mark aan na een dagtrip naar Londen. We waren al voorbij de douane, toen een geüniformeerde alsnog Mark eruit pikte. „Kunt u even meekomen?”
„Haha”, zei Mark, „dat dacht ik al.”
Pas na een grondige inspectie van zijn bagage mocht hij verder.
„Waarom dacht je dat al?”, vroeg ik aan Mark.
„Ik keek hem aan en sloeg meteen mijn ogen neer om te zien wat ie zou doen.”
Pavlov is niet dood, hij leeft.

Ik kwam op Schiphol aan en weet de datum nog precies, want het was de sterfdag van mijn vader. Ik was in een knorrige bui.
„Meneer, waar komt u vandaan?”, vroeg de douanier.
„Een van de twee”, zei ik tot verbazing van de douanier, „ofwel u gelooft me op mijn woord ofwel we gaan nu mijn koffer uitpakken.”
„Ho ho, meneer, vertelt u eerst maar eens waar u vandaan komt.”
„Uit Moskou.”
„Heeft u iets aan te geven?”
„Nee.”
„Meneer, ik geloof u.”

Telefoon. Mijn dochter, toen nog tiener en moeilijk opvoedbaar,  was van de bus gehaald onderweg vanuit Nijmegen naar huis net over de grens in Duitsland.
„Pap, kun je even naar de grens komen? De Duitsers hebben een paar gram hasj bij me gevonden.”
„Nee, ik kom niet, zoek het maar uit.”
Ik gooide de hoorn erop. Ze belde opnieuw.
„Pap, je moet echt komen.”
„Dat doe ik niet.”
„Die meneer van de douane wil je even spreken.”
„Met de douane. We hebben uw dochter aangehouden. Wilt u zo vriendelijk zijn te komen?”
„Nee, dat doe ik niet.”
„Dan laten we het voorkomen.”
„Prima.”
De stilte verried verbazing.
„Eh meneer, zo komen we niet verder. Wilt u alstublieft toch komen?”
„Nou, goed dan, maar op één voorwaarde: dat mijn dochter wordt aangepakt.”
Ze heeft van de Duitse rechter vrijwilligerswerk moeten doen bij een kinderboerderij. Met hasj is mijn dochter nooit meer gepakt, terwijl ze toch nog jaren doorging met blowen.

Zo zie je dat wij bleekscheten in blank Europa ook onze problemen hebben, maar als wij in het openbaar vervoer worden gepakt zonder kaartje, schreeuwen we niet: „Discriminatie!”

Discrimineert Nederland? Jawel, weten tint en tuig. Hoe pareer je dat? Ali B.: „Je moet de Nederlandse traditie gewoon respecteren, dan is het hele gezeur over Zwarte Piet opgelost. De Nederlanders respecteren onze tradities ook.”

Slimme jongen, die Ali B. Ook Glenn ‘Typhoon’ de Randamie lijkt me wel oké.

________________________________

Reageren kan hier.