Maandelijks archief: juli 2018

De redding van Akim?

Tims lange weg naar Duitsland is afgelegd. Een moeizame geschiedenis. Toen kreeg ik een FB-berichtje. Of ik tips heb voor een 52-jarige oma in New York die haar 13-jarige kleinzoon Akim in Novosibirsk wil gaan redden. De jongen is zijn moeder op vierjarige leeftijd kwijtgeraakt aan koning alcohol en hij dreigt op straat te belanden, want zijn oudoom wil de woning voor zichzelf en zijn moeder alleen hebben.

En dus is de oma naar Siberië getogen, waar zij eerst de voogdij probeert te krijgen. Dat is op zichzelf al lastig zat, door alle bureaucratie, maar haar familie ligt ook nog eens op alle mogelijke manieren dwars. Hier volgt het verhaal van Irina Nedeljaj. Succes niet verzekerd.

________________________________

De geschiedenis van ons gezin begon lang geleden. Zo’n beetje toen de dinosauriërs nog op aarde rondliepen.

Mijn opa aan moeders kant, een moeder die mij op zijn zachtst gezegd niet aardig vindt, heeft altijd in Siberië gewoond. Deze opa, Matvej Grigorjevitsj, was een rasechte Siberiër, geboren in de stad Barnaoel. De familielegende wil dat hij geadopteerd is door een rijke rentmeester die de stoeterij van een Siberische rijkaard bestierde. Mijn opa had geen broers of zusters. Misschien waren het Oudgelovigen, in dat gezin dat mijn opa adopteerde.

Mijn opa deed de opleiding veehouderij in Barnaoel en zijn leraren stamden nog uit het prerevolutionaire tijdperk. Wat er vervolgens gebeurde, weet u wel. Na de revolutie ging mijn opa op kolchozen en sovchozen aan de slag met paarden, voornamelijk in de Altaj.

Daar, in de Altaj, woonde ook mijn oma. En daar, in de Altaj, trouwden ze. Op een dag werd mijn opa benoemd tot voorzitter van Sovchoze nr. 1. Dat was geen gewone sovchoze, maar eentje die viel onder de KNVD. Met andere woorden, daar stelde de staat ‘vijanden van het volk’ tewerk.

En daar, in die sovchoze, maakte mijn moeder tijdens een dansavond kennis met de zoon van ‘vijanden van het volk’, mijn vader Koezma. Het gezin van mijn vader was om een onduidelijke reden tegelijk met andere families vanuit Wit-Rusland naar Siberië afgevoerd. De moeder van mijn vader sprak geen woord Russisch. Ze viel hier volstrekt uit de toon. Ze geloofde in God en las geen kranten. De familie van mijn moeder ontstak in razernij over deze verkering. Op de bruiloft van mijn vader en moeder schitterde de familie van haar kant door afwezigheid.

Het werd nooit pais en vree tussen de families van mijn ouders. Mijn moeder had altijd wel een gruwelverhaal te vertellen over mijn vaders familie, vooral over haar moeder. Mijn vader over de rooie krijgen was een van haar hobby’s. En aan de houding tegenover mijn vader als persoon die zo’n ‘hoogstaande familie’ onwaardig was, houden de familieleden van mijn moeder tot op de dag van vandaag vast. In hun gesprekken met mij komt vroeg of laat steevast het moment waarop ze hun gal spuwen over mijn ‘miezerige’, allang overleden vader, een ‘atoombedwinger’. Mijn vader verrijkte uranium.

Naar eigen zeggen overleefde hij dankzij intellectuelen die vanuit Sint-Petersburg naar Siberië waren verbannen en lesgaven op de ambachtsschool en later op de technische school.

Mijn moeder behandelde mijn vader nogal eigenaardig, en mij net zo. In Amerika gebruiken ze daarvoor de woorden ‘bullying’ en ‘abuse’. Zo lang als ik me herinner, hoorde ik altijd ‘weg daar’, ‘laat dat’, ‘precies je vader’ enzovoorts.

Mijn oudere broer Kostik sloot zich in de loop der tijd aan bij die omgangsvorm jegens mij.

Toen ik een jaar of dertien was, vroeg ik mijn vader waarom hij niet scheidde van mijn moeder. Je moet toch een behoorlijke hekel aan jezelf hebben om met zo iemand samen te leven. Dat zei ik omdat ik niet wist waar ik het zoeken moest in die nachtmerrie.

Mijn vader zei me bedroefd dat hij ‘zijn woord’ maar eenmaal kon geven, zoals zijn eed aan de tsaar betekende dat hij geen trouw kon zweren aan de Voorlopige Regering.

En zo ging hun leven door. Ik rukte me eruit los toen ik zestien was. Eerst ging ik bij mijn zus wonen, daarna bij een vriendin en vervolgens zwierf ik van hot naar her. Het waren Sovjettijden, treurige tijden, en ik kon geen kant op.

Dus toen mijn eerste man mij een aanzoek deed, zei ik ja en verhuisden we naar een studentenflat van het Pedagogisch Instituut. Dat ik daarmee van de regen in de drup terechtkwam, verbaast me achteraf niets. Het gewone verhaal.

Wat ik wel verbazingwekkend vind, is dat de verstandhouding binnen mijn familie niet verbeterde. Niemand ging normaal tegen mij doen, mijn moeder noch mijn broer. Je zou toch zeggen dat als iemand aan wie je om een of andere reden een hekel hebt jou van zijn aanwezigheid verlost, je gevoelens toch tenminste lauw worden. Maar nee hoor. Ze bleven me bestoken met van alles. Mijn moeder komt me opzoeken in dat studentenhuis en steeds weer moet ik iets: laat je uitschrijven uit mijn woning of omgekeerd – schrijf je weer in. Als het maar beter uitkwam voor Kostik.

Maar dit alles verbleekt bij het volgende verhaal.

Nadat mijn vader, de man die zijn woord maar eenmaal kon geven, was overleden, raakten mijn moeder en broer volledig buiten zinnen. Elke dag belden ze me op met de eis dat ik afstand moest doen van mijn vaders erfenis. Geen idee wat voor erfenis dat was, ik was al jaren niet meer in mijn ouderlijk huis geweest. Mijn moeder zag me daar niet graag. En nu kom ik er helemaal niet meer in.

In die moeilijke tijden was ik aan alle kanten vastgelopen. Mijn oudste dochter stortte zich als tiener in het wilde leven, mijn tweede echtgenoot raakte van god los, en de dood van mijn vader doemde boven mij op als een enorme zwarte raaf. Dus stemde ik in met de eisen omwille van de lieve vrede.

Toen ik bij de notaris aankwam die ‘onze’ zaak afhandelde, zat mijn moedertje er al. De notaris, een dame met lange nagels, kijk mij aan en zegt dat ze mij begrijpt, het verlies van mijn vader begrijpt, ze had net zelf haar lieve hondje verloren. Ze kijkt me nog eens diep in de ogen en zegt dat als ik mijn handtekening eenmaal gezet heb, de zaak nooit meer terug te draaien valt. Ik knik.

Mocht u denken dat niemand in mijn omgeving had gewaarschuwd dat mijn handtekening niets zou veranderen, dat mijn familie mij heus niet beter gingen behandelen, dan heeft u het mis. En zelf had ik dat ook al wel bedacht, maar iets onbestemds deed me besluiten afstand te doen van mijn vaders erfenis, ik weet niet waarom.

Toen ik knikte, pakte de notaris een map uit de stapel, en las hardop het nummer voor van de zaak. De notaris zei, ik verzin het niet: „Verwerping van de erfenis onder nummer 666.”

Ik keek naar mijn moeder. Ze verroerde zich niet. ’s Zondags ging ze trouwens naar de kerk, althans, dat zei ze.

Ik zette mijn handtekening. De teerling was geworpen.

Met de nasleep daarvan zitten we vandaag.

De door mijn moeder bruut ingelijfde Akim groeide op en werd een blok aan het been van mijn broer. Hij pakte de jongen de sleutel van mijn moeders woning af en zei dat hij hem op straat ging zetten. Toen ik er over de telefoon bij mijn moeder op aandrong dat ze Akim en mij de tijd moest gunnen om mijn voogdij over hem te regelen, meldde ze mij kort en bondig dat de woning en alle andere spullen van mijn vader op naam van mijn broer waren gezet en dat mijn broer onmiddellijk van Akim af wilde.

Dat lijkt een slechte zaak, maar nee, dat was precies goed. Eindelijk vielen Akim de schellen van de ogen, eindelijk ging hij akkoord met het lange en lastige adoptieproces. Daarmee ging hij in feite akkoord met oorlog.

Toen hij nog twijfelde, gaf ik hem het citaat van Churchill aan het Engelse volk: „Wie in de keuze tussen oorlog en schande kiest voor schande, krijgt zowel schande als oorlog.”

En ik zei tegen Akim: „Wij hebben voor oorlog gekozen. En vechten zullen we. En we zullen terugdenken aan wat er gebeurd is, medelijden hebben met onszelf, onze wonden likken, maar dat doen we wel als de oorlog voorbij is.”

Als u zich afvraagt waar de ouders van Akim uithangen, kan ik kort zijn: zijn vader was zo ongeveer meteen weg, zijn moeder sloop langzaam uit zijn leven en we weten niet hoe ze het maakt en waar ze is.

Wel vreemd hoe de voogdijraad reageerde toen ik me daar meldde en de situatie uiteenzette: ik kreeg een wagonlading verwensingen over me heen. Het was trouwens mijn tweede poging om Akim te redden. Mijn eerste poging, zeven jaar eerder, leidde tot een handgemeen met mijn moeder. Nou ja, handgemeen, ze kwam met gebalde vuisten op me af en ik week terug omdat Akim erbij was en ik wilde hem die scène besparen.

Maar nu wordt hij het huis uitgezet. Ik kom hem ophalen en zij zwaait vanachter het raam met haar vuisten. Wat maken mij dan nog de bureaucratie en drieduizend paperassen uit, of allerlei kosten, zoals de huur van een flatje.

Soms vervloek ik wel stilletjes wijlen mijn vader. Hij met zijn eed, terwijl ik mijn hele leven overhoop gooi.

Ik heb eerst afgewacht. Geld en pakjes gestuurd en telefoongesprekken gevoerd met iemand die mij haat, proberen haar niet boos te maken, want dan reageert ze zich af op het kind. Maar wachten is nu geen optie meer.

________________________________

Reageren kan hier.

Tims lange weg naar Duitsland (slot)

Deel 1 | Deel 2 |  Deel 3 Deel 4Deel  5Deel  6 | Deel  7 | Deel  8 Deel  9 Deel  10 | Deel  11 |

Hoera, een zoon! Eindelijk! Waar de ooievaar negen maanden over doet, daar had de bureaucratie twaalf maanden voor nodig. Maar een jaar is zo lang nog niet, als je bedenkt dat een buitenlandse adoptie in Nederland algauw een proces van een jaar of vijf is. En die ellenlange procedure is bovendien voorbehouden aan adoptanten van een willekeurig onbekend kind. De slagboom blijft dicht als het gaat om een specifiek bekend kind.

Zonder adoptie hadden we ons Moskouse neefje Tim, inmiddels tien jaar, niet kunnen redden van het weeshuis. We probeerden het eerst met voogdij. Geduld, zei ons woonland Duitsland na onze aanvraag om het joch bij ons thuis in Kranenburg te mogen opvoeden. Maandenlang werden we aan het lijntje gehouden en ten slotte keken we tegen een moddervette Duitse middelvinger aan. In Nederland waren we geen haar beter af geweest. De IND gebruikt dezelfde vinger.

Sommige dingen doet de Russische overheid beter. Die probeert kinderen zo veel mogelijk buiten het weeshuis te houden. Wie wel eens zo’n weeshuis heeft gezien, begrijpt waarom. En dus wordt adopteren in Rusland gestimuleerd, zeker binnen eigen land. Adopteren is er gratis, je betaalt niet eens griffierecht en een advocaat hoeft niet.

Mijn eega is nog steeds ook Russisch staatsburger, dus dat zat wel goed. Wijselijk hield ik mij als Nederlander zo veel mogelijk op de achtergrond. Rusland doet moeilijk tegenover adoptanten die uit landen komen waar homo’s mogen trouwen. Mijn eega adopteerde, ik niet.

Vanuit Duitsland of Nederland een buitenlands kind adopteren is trouwens een crime. Bij een interlandelijke adoptie moet eerst het woonland van de adoptant een plasje over de aanvraag doen. Van Nederland zouden wij meteen al nul op het rekest hebben gekregen, want we zijn ouder dan 45 jaar. Oudjes als wij kunnen fluiten naar de vereiste beginseltoestemming van de minister van Justitie. Een kind kan beter wegrotten in een weeshuis dan belanden in een bejaardensoos. Toch?

Van de Duitse bureaucratie hadden wij inmiddels onze bekomst. Dus moest het geen interlandelijke, maar een binnenlands Russische adoptie worden. Over het buitenland heeft Den Haag gelukkig niets te vertellen, dus als iemand legaal in Rusland woont en er adopteert, rest mijn vaderland slechts knarsetandend in te stemmen. Afijn, mijn eega schreef zich uit in Duitsland, regelde de verhuizing naar haar geboortestad Moskou en bivakkeerde er bijna anderhalf jaar. Legaal, ze heeft immers een Russisch paspoort.

Het lukt jullie nooit, voorspelden Russische vrienden, want de Nederlandse autoriteiten hebben het heus wel door als iemand speciaal in Rusland gaat wonen om een kind te adopteren. Kleine misvatting. Mijn eega was naar Moskou gegaan om haar hulpbehoevende moeder van 89 te verzorgen en toen pas werd die weeshuisdreiging acuut. Maar dan nog. Als je niet mag profiteren van de wet, zouden de Stones en U2 geen kantoor in Amsterdam hebben enkel en alleen maar om via een weliswaar dubieuze, maar volkomen legale constructie belasting te omzeilen. Dat je de wet ten eigen faveure zou mogen benutten, gaat er bij veel Russen niet in, gewend als de burger daar is aan een overheid die het wetboek vooral ziet als een stok om de onderdanen mee te slaan.

Dus onze ‘truc’ lukte. En omdat mijn eega al bijna een kwarteeuw ook Nederlandse is, is haar kind automatisch kaaskop. Afgelopen week kon Tim zijn Nederlandse paspoort in ontvangst nemen. Inmiddels is hij ook officieel inwoner van Kranenburg. ‘Wir schaffen das, jawohl, Frau Merkel!’

Champagne! Nog wel even onze wonden likken. De grootste bres in ons spaartegoed werd geslagen door een Russisch advocatenkantoor dat we in onze aanvankelijke onzekerheid hadden aangezocht en dat ons een zekere en snelle rechtsgang voorspiegelde, maar niet leverde. Toen we de bluf doorkregen, was ons banksaldo al naar het zuiden afgezakt. Daarnaast hebben we maandenlang dubbele woonlasten gehad. Klagen wij? Nee, even geen Nederlandertje spelen, we zijn veel te blij met ons nieuwe gezinslid.

Was er maar een website geweest die ons de weg had gewezen. Niet gevonden. Dus dan maar zelf gemaakt. Als wegwijzer voor lotgenoten in het adoptielabyrint. Zie: adoptant.nl.

Tim heeft zijn lange weg naar Duitsland afgelegd. Finish! Pff, dat is nog eens andere koek dan de Vierdaagse.

Deel 1 | Deel 2 |  Deel 3 Deel 4Deel  5Deel  6 | Deel  7 | Deel  8 Deel  9 Deel  10 | Deel  11 |

________________________________

Reageren kan hier.

Pizdets!

Binnenkort zitten we een jaar voor het lustrum van de MH17. Tot mijn verbazing zijn er ook in mijn omgeving mensen die menen dat de Oekraïners de Maleisische Boeing  hebben neergehaald. Vanwaar die overtuiging? „Die Oekraïners zijn nog erger dan Russen.”

Feiten helpen niet. Dat de pro-Russische Russen in Oost-Oekraïne onmiddellijk na het gebeuren enthousiast wereldkundig maakten dat ze een AN-26 van de  Oekraïense luchtmacht hadden neergehaald. Dat gesprekken waarin Russische strijders ter plekke hardop beseffen dat ze een passagiersvliegtuig uit de lucht hebben geschoten, gewoon online staan. Dat er beelden zijn van het transport van de Boek-raket die is afgevuurd. Dat er geen beelden zijn van de Oekraïense Boek die het volgens Moskou zou zijn geweest. Dat Moskou met een groot aantal verschillende varianten is gekomen over de gang van zaken, geen van alle wijzend naar Rusland zelf.

Premier Rutte sprak onlangs met Trump over de MH17 en hoopt op Amerikaanse steun voor het lopende onderzoek en vervolging van de daders. Wat te verwachten valt van Trump, die door Kim Jong-un in zijn hemd is gezet nu Noord-Korea alleen bereid blijkt zijn kernwapens te vernietigen als de VS hetzelfde doet, weet niemand, ook Trump niet.

En Poetin? Maak je geen illusies. De mentaliteit van de roesski moezjik – Russische vent – heb ik meteen na de ramp in een column uiteengezet met een kijkje onder het schedeldak van Vladimir Vladimirovitsj. Ik herhaal het vier jaar later nog maar eens. Er is geen woord van onjuist gebleken. Ik hoef niets terug te nemen of te rectificeren. Vuige taal hieronder? Sorry hoor, maar zo denken Russische patsers en zo praten ze onder elkaar.

________________________________

Pizdets! Kut! Hebben die klojo’s een paar honderd burgers uit de lucht geschoten. Wat een lul, die Strelkov. Rebellenleider, het zal wat! Die achterlijke hufters kunnen nog geen kop van een reet onderscheiden. En nou gaat de wereld ons er natuurlijk de schuld van geven.

„Barack, nou ik je toch aan de lijn heb, er komt net een bericht binnen van een vliegramp boven Oost-Oekraïne. Ik wil daarover alvast kwijt dat alles de schuld is van de fascisten in Kiev. Die moesten zo nodig doorvechten.”

Zo, van die zwartjoekel ben ik weer even af. Nou maar hopen dat er niet te veel Amerikanen in dat toestel zaten, anders krijg ik met die oetlul nog meer gezeik.

„Hé jongens, doe even een bericht uit. Schrijf maar dat, wat er ook voor feiten boven tafel komen, de oorzaak van de ramp is gelegen in de weigering van Kiev om de gevechten te staken, O, en zorg er even voor dat wij die zwarte dozen in handen krijgen. Nee sukkels, dat hoef je niet in dat bericht te zetten.”

Hè, da’s vervelend. Rutte aan de lijn. Waar is de factsheet?

O ja, met zijn koning heb ik nog een pilsje gepakt in Sotsji. Die zie ik in 2018 wel weer bij het voetballen. Zeventien miljoen inwoners? Klein bier.

„Wat zeg je? Tuurlijk Mark, tuurlijk verleen ik alle medewerking. Nee echt, ik doe mijn uiterste best, maar je weet toch dat het daar oorlog is? En het is een ander land, hè. Ik ben daar niet de baas, dat weet je. Maar oké, maak je niet ongerust, ik ga het regelen.”

Wat een druktemaker, die eikel. Zegt ie thuis op tv dat wij een ‘intens’ gesprek hadden. Iets over een laatste kans die hij mij geeft, dat lulletje rozenwater.

„Hé jongens, wijzig ‘intens’ even. Doe maar ‘energiek’, dat klinkt wel goed. Verder niks inhoudelijks in dat persbericht.”

Tering! Als ik het niet dacht! Misbruiken die klootzakken in het Congres de toestand om er een anti-Russische wet door te drukken. Bondgenoot van de VS worden ze – Oekraïne,  Georgië en Moldova.

„Jongens, doe even een bericht uit dat niemand de situatie politiek mag uitbuiten. Zet er ook maar even in dat een ramp mensen hoort te verbinden en niet te verdelen.

Die Kerry gaat nou echt te ver. Wij zouden die lui die raket hebben gegeven. Soekin syn! Hoerenzoon! Een minister van Buitenlandse Zaken hoort geen beschuldigingen te uiten zonder bewijs. Bovendien hebben die kut-Oekraïners het gedaan.

Even kijken, waar staan we? Een paar Maleisiërs, wat Australiërs. Ja, die Abbott is een etterbak. Een Australische premier kent de weg naar Washington en Londen. Klote.

Nederland? Nog geen deuk in een pakje boter slaan die lui. Handelaartjes. Tuk op gas. Die andere landen, dat kan lastiger worden. Klootzakken! Pizdets!

________________________________

Reageren kan hier.